• Honkbal wordt gespeeld door jongens vanaf 10 jaar
• Twee teams; een slagpartij (aanval) en een veldpartij (verdediging) van beiden negen spelers
• Als beide teams een keer geslagen hebben, is er een inning gespeeld
• Een wedstrijd duurt een vastgesteld aantal innings of een afgesproken tijd
• Een wedstrijd wordt geleid door minimaal één scheidsrechter
Slaan:
• De negen spelers van de slagpartij slaan in een vaste volgorde
• De slagman probeert de aangeworpen bal van de werper zo goed mogelijk binnen de honklijnen te slaan
• De slagman is bij drie gemiste slagballen uit en krijgt bij vier wijdballen een vrije loop als honkloper naar het eerste honk
• De slagman wordt tevens honkloper zodra hij de bal goed het veld in heeft geslagen Honklopen:
• De honkloper raakt de honken in de goede volgorde aan (plaatje)
• Er mag slechts één honkloper op een honk staan
• Als de thuisplaat is bereikt, heeft de slagpartij een punt gescoord
Uitmaken:
Bij honkbal wordt een uit ook wel een nul genoemd. De veldpartij verhindert dat de slagpartij punten maakt door ze uit te maken:
• De werper gooit drie keer een slagbal welke door de slagman wordt gemist
• De veldpartij tikt, tussen de honken, de honkloper met de bal
• De veldpartij vangt een geslagen bal
• De veldpartij raakt het honk, in het bezit van de bal, als de loper gedwongen wordt daar naar toe te rennen
• Er wordt gewisseld als er drie spelers van de slagpartij uitgemaakt zijn (drie nullen) of als er maximaal negen slagmannen aan slag zijn geweest in een inning.
Voor specifieke spelregels per leeftijdsklasse en niveau verwijzen we naar de jeugdreglementen op www.knbsb.nl